Vorige week hoorde ik een baby krijsen. In gedachten stuurde ik een engeltje naar het kindje toe voor hulp en steun, maar het heftige huilen bleef aanhouden. Ineens realiseerde ik me hoe krom mijn gedachte was over deze situatie. Ik was er vanuit gegaan dat er iets ernstig mis was met het kind, terwijl het zich misschien alleen maar wilde uiten. Mag een kind niet meer krijsen? Moet het altijd stil zijn? Hoe kon ik nu oordelen over wat goed of fout was? Alles mag er zijn. Toch?
Meteen na die gedachte hield het krijsen op en werd het stil.
Tijdens een expositie ervoer ik iets vergelijkbaars. Naar aanleiding van mijn tentoonstelling werd ik gevraagd een lezing te geven. Maar eerst zou een galeriemedewerkster enkele kunstwerken bespreken met het publiek.
De deur naar de tentoonstellingruimte stond open en iedereen was vrij om in en uit te lopen. Een donkere jongeman in camouflagekleding kwam de galerie binnenlopen en verkondigde dat mijn werk racistisch en seksistisch was, omdat alle figuren dezelfde huidskleur hadden (groen) en iedereen naakt was afgebeeld. Ik voorzag een heftige discussie als deze man zou blijven tijdens mijn lezing en wilde dat graag voorkomen. Dus hoopte ik meerdere malen dat hij zou vertrekken. Maar onrustig bleef hij van het ene been op het andere been staan wippen.
In de hoop hem te kalmeren en open te stellen voor andere visies, bood ik hem een stoel aan. Hij glimlachte, werd zachter, maar bleef staan.
Ik besloot het op te geven. Deze man was op oorlogspad en misschien had zijn aanwezigheid wel een reden. Ongeacht wat er ging gebeuren, ik zou het accepteren. En bij die gedachte pakte de man zijn spullen en liep de galerie uit.
In de hoop hem te kalmeren en open te stellen voor andere visies, bood ik hem een stoel aan. Hij glimlachte, werd zachter, maar bleef staan.
Ik besloot het op te geven. Deze man was op oorlogspad en misschien had zijn aanwezigheid wel een reden. Ongeacht wat er ging gebeuren, ik zou het accepteren. En bij die gedachte pakte de man zijn spullen en liep de galerie uit.
Hoe bewuster ik mijn gevoelens en emoties waarneem, hoe meer ik ontdek dat ik me vaak verzet tegen wat is. Het rare is dat ik door te vechten of te vluchten precies die strijd en dat lijden veroorzaak die ik met mijn verweer juist wil voorkomen. Maar hoe harder ik me verzet, hoe slechter ik me voel.
Om die innerlijke strijd los te laten schilderde ik in 2013/2014 ‘Love, Thy will be done (Liefde, Uw wil zal geschiedde)’. Het schilderij toont een vrouwenfiguur die zich overgeeft aan wat is. Niet uit onverschilligheid, maar uit het verlangen de strijd los te laten. Om het goede te zien in een ongewenste situatie en de nodige levenslessen te ondergaan. Om daarna te ontdekken: Waar ik me tegen verzette was precies wat ik nodig had!
Love, Thy will be done - Bianca van Baast |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten