Ik sta in de rij bij de supermarkt. Voor me staat een echtpaar dat, in mijn beleving, een beetje lomp met hun producten omgaat. In gedachte zie ik hun groenten en fruit vol butsen thuiskomen en nog maar weinig voedzaam zijn.
Meneer pakt de producten uit de kar en gooit ze op de loopband, waarna de vrouw ze opnieuw oppakt en ze op een andere plek neer ‘smakt’. Zo te zien voelen ze maar weinig dankbaarheid of liefde voor deze 'levengevers'.
Meneer pakt de producten uit de kar en gooit ze op de loopband, waarna de vrouw ze opnieuw oppakt en ze op een andere plek neer ‘smakt’. Zo te zien voelen ze maar weinig dankbaarheid of liefde voor deze 'levengevers'.
Ik denk bij mezelf “Stel je eens voor hoe het zou zijn als deze mensen vriendelijk met hun groenten en fruit zouden omgaan”. Ik doe mijn ogen dicht en voel hoe dat zou zijn. Als ik mijn ogen weer open, zie ik de man hetgeen dat hij in zijn handen heeft weghouden van zijn vrouw, om het daarna met net iets meer voorzichtigheid neer te zetten op de band. “Dit is kwetsbaar spul", legt hij haar uit. Hij heeft gelijk, het zijn twee doosjes blauwe bessen en frambozen. Ik glimlach. Is hij daarom zo voorzichtig of heeft het iets te maken met mijn visualisatie?
God mag het weten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten